Het
weekje vakantie voorbij. Gisteren is Man weer aan zijn eerste werkdag begonnen.
Meestal heb ik moeite op gang te komen. Drentel door het huis. Mis de
gezelligheid van het samen thuis zijn. Gisteren echter ben ik wel bezig geweest.
Daarover binnenkort andere blogpost.
Een
week van luieren, lezen, genieten, in de tuin werken, veel slapen, ja ook dat,
is omgevlogen. Geen afspraken. Rust en alles in langzaamaan tempo. Wel is het traditie
in de vakantie naar de boekhandel te gaan.
Het nieuwste boek van Gerbrand Bakker |
Alle boeken van Henning Mankell in bezit. Daar hoort deze natuurlijk ook bij |
Na een heerlijke lunch in het restaurant van de boekhandel gaan we weer op huis aan.
Eerst nog plassen. Het is een ruimte in twee gedeeltes. Voorin een wastafel met
spiegel en de deur met slot. Achterin de wc en een tweede deur. Vreemd, die is
dicht. Mensen laten juist die deur openstaan.
Waarschijnlijk ook omdat deze geen slot heeft. Als ik ‘m open, een kleine meid op de pot. Ze kijkt
naar mij alsof het de gewoonste zaak van de wereld is dat zij daar op die plek
op de wc zit.
‘Nou, ik
doe de deur nooit op slot, wel op school’
‘Jij mag
‘m nu wel op slot doen’
‘Ik heb de deur op slot
gedaan, zal ik die weer openmaken?’
‘Neen, dat hoeft niet, dat kan ik zelf wel als ik klaar ben’
‘Je kunt gerust hier
blijven wachten’
Ik wacht
op de gang. De kleine ruimte benauwt mij. Bovendien gun ik het meisje haar
privacy. Het duurt lang. Waarschijnlijk zit zij te poepen. Eindelijk, na wat gestommel, komt zij
naar buiten.
‘Het kan
wel wat stinken, ik heb gepoept’
‘Kan
niet bij zo'n ding waardoor het niet meer stinkt naar poep’
We
kijken samen. Hoog aan de muur hangt een apparaatje, daar kan zelfs ik niet
bij.
‘Dat is
niet voor een frisse geur, het is iets anders’
‘Wat is
het dan?’
‘Dat
weet ik niet’
Ze wil
haar handen nog wassen. Kijkt rond en naar mij.
‘Daar is
de zeep’
‘Oh ja’
Ze perst
wat op haar hand.
‘Kijk,
zie je dat, dit is de zeep’
Als ze
klaar is rent zij weg en roept: ‘Nog veel plezier vandaag’